Evolutie is gedachteloos, lui en imperfect - en dat is precies waarom het werkt!

Wilde wezens juichen om een bosbes van golfbal-formaat

Wild beings celebrate a golf ball sized blueberry

25 mrt, 2024

[English summary below]

Hoi! Welkom in de rubriek ‘wilde wezens’, waar ik op een informatieve, laagdrempelige, soms wat satirische wijze probeer uitleg te geven over wat dieren, inclusief mensen, drijft. Dit keer staat het tumult rondom hét wereldnieuws - de gigamegabosbes - centraal. Want, tja: wilde wezens juichen nu eenmaal om een bosbes van golfbal-formaat!

Maar waarom eigenlijk? Waarom zijn we hier massaal door gefascineerd? De gedragsbiologe èn de evolutionair geneticus in mij vindt dit maar al te intrigerend. Mensen zijn van nature geïnteresseerd in extremen. Wat is het kleinst, wat is het grootst? Wat is het makkelijkst, of het moeilijkst? Het kortst of het langst? Zo gek is dat niet. Denk maar aan: ‘spiegeltje, spiegeltje aan de wand, wie is het mooiste van het land?’ We zijn er allemaal mee opgegroeid. 

Ik ervaar dergelijke vragen over extremen als biologe trouwens dagelijks. Als ik weer eens in de dierentuin of in het museum werk, dan hoor ik continu;
“welk dier is hier al het langst?”, “
welke vind jij het allerleukst?”, of “welke is het gevaarijkst/dodelijkst?”

Dat zijn de meest gemiddelde vragen (ironisch genoeg). Met die laatste scoor je overigens bonuspunten: mensen zijn naast extremen namelijk óók heel geïnteresseerd in alles wat maar met gevaar te maken heeft. Wilde wezens, zijn we. Onlangs werd ik trouwens wederom benaderd in verband met zo'n soort vraag. Of ik misschien een blog kon schrijven over de oudste dieren ter wereld. (Zie
hier, mocht je nu getriggerd zijn dit te willen weten).
 
Back to the point: het lijkt net alsof alles wat ergens tussenin zit, niet telt. Alsof alles wat bekend is, er niet is. Ofzoiets. Gemiddeldes zijn veelvuldig, maar gewoon. Normaal. Daarom zijn het ook gemiddeldes: ze zijn overal, maar ze zijn middelmatig. Niets meer, niets minder. Net als de bosbessen van regulier formaat, bijvoorbeeld, die we dagelijks tegen komen voor in onze yoghurtshakes en bosbessentaartjes. Daar vinden we niets bijzonders aan.
 
Maar alle bijtende spot terzijde: het heeft natuurlijk een logische reden dat we vaak geneigd zijn meer stil te staan, of meer te willen weten, over extremen. Extremen zijn namelijk de situaties die we het minst vaak tegen komen.
[tekst gaat verder na de foto]
 

Onze hersenen zijn getraind op het herkennen van afwijkingen. Als je op dit kiezelstrand zou lopen, zou je 100% geneigd zijn het blauwe schelpje op te rapen. Dat is gewoon een instinct wat in ons zit. 


Net als dat je blij roept: ‘kijk nou, deze is echt lang!’ bij een bovengemiddeld lang frietje, of hagelslagje, zal je bijvoorbeeld oplettend opkijken als iemand opeens heel hard gaat schreeuwen op straat. Het doet een alarm belletje rinkelen. Je roept niet zomaar bij ieder frietje, of hagelslagje, "hoera", en hetzelfde geldt voor de alertheid: je kijkt ook niet zomaar angstig om je heen op straat als er geen aanleiding is. (Zo wel: dan ben je óf een vrouw, óf een piekeraar - of beide: welkom bij de club!)

Kortom: ons gejuich om de grote bosbes heeft dus een dieper liggende reden. En dat is ons zogenaamde '
survival instinct'. Ha! Dat klinkt misschien suf. Want hoezo zou survival instinct ervoor zorgen dat we zo blij worden van een enorm dikke bosbes?

Maar toch. Sta er eens bij stil: ons gedrag wordt continu gestuurd door de wil te overleven. Door plezier en genot op te zoeken, en door pijn en gevaar uit de weg te gaan. Dat deden we in de oertijd al door
patronen te herkennen, en dat doen we vandaag de dag gewoon nog exact zo. Patroonherkenning is één van dé redenen dat onze soort, Homo sapiens, zo ‘succesvol’ is: het helpt ons communiceren, muziek te maken, onderzoek te doen, dingen uit te vinden, enzovoorts.
 
En het helpt ons dus op te letten wanneer er iets gebeurt in onze omgeving. Als er iets afwijkt, kan dat namelijk vaak iets goeds, of juist iets slechts betekenen. Ons brein is daar zó op aangepast, dat we het ons niet realiseren. We zijn ons er niet direct van bewust dat ons ‘
survival instinct’ de reden is dat we juichen om een bosbes van golfbal-formaat (en dat we ons direct daarna afvragen hoe deze eigenlijk zal smaken). Maar dat is wél zo.
 
We doen dat dus onbewust [
tekst gaat verder na de foto].

Op het eerste gezicht lijkt dit niet direct een heel gekke foto. Het is pas één factie van een seconde later dat we denken: wacht, dit klopt niet. Het patroon wijkt af. Velen van ons zullen ongetwijfeld de neiging voelen ons hoofd naar links te kantelen om wijzer te worden uit deze foto. 


Laten we dan nu eens stilstaan juíst bij de alledaagse gemiddeldheden die we tegenkomen. Bij ‘het normale’. Bijvoorbeeld, wat nu als we eens goed zouden kijken naar het doorsnee
stoepplantje, naar die voorbijganger van gemiddelde leeftijd, of naar die berg bosbessen van perfect, standaard formaat bij de lokale groenteboer…
 
Zouden we dan onze omgeving beter waarderen? Zouden we, als we onszelf bewuster maken van ‘het normale’, aangenamer omgaan met elkaar? En met onszelf? Zouden we kwetsbare soorten en ecosystemen behoeden van vervuiling en van uitsterving? Ik vraag mij dat diep van binnen af bij het zien van zo een artikel over een gigantische bes.
 
Het is de uitzondering die het gewone gewoon maakt. Maar als je écht goed kijkt, dan realiseer je je dat niets écht gewoon is. Uiteraard, die Australische bosbes van 20,4 gram is zéker een
Guinness World Records bladzijde waard. Het is en blijft een leuk, opvallend nieuwtje en ik doe er gewoon een beetje flauw over natuurlijk.
 
Maar mijn punt is dat wij mensen óók heel uitzonderlijk zijn.

Want welke soort heeft er verder zó een unieke, evolutionaire geschiedenis op zitten, dat deze de opvallende verschijning van een megabosbes omtovert tot absoluut wereldnieuws? Dat één kweker, aan de andere kant van de wereld, succes en geluk had en dat wij – als de wilde oer-wezens die we eigenlijk zijn – elkaar daar dan tijdens onze bedrijfslunches en familiediners vol enthousiasme over vertellen? En dat dáár dan weer al grijnzend een enigszins cynische, maar hopelijk verhelderende blog over geplaatst wordt door een biologe?
 
We blijven van nature stuk voor stuk waanzinnig simpele,
wilde wezens in een wilde wereld. Niets meer, niets minder!
 

AI-gegenereerd. Als je blik over een dergelijke tekening dwaalt, merkt je brein veel afwijkingen op: de tools die dit soort figuren maken hebben vandaag de dag nog best veel moeite met gezichten, bijvoorbeeld. En gezichten zijn juist ontzettend belangrijke 'patronen' voor onze hersenen.

English summary:

Recently a
world-record was broken for biggest blueberry in the world. It fascinates me how this is worldwide news, and how many people I encountered that were discussing this blueberry. Therefore, I wrote this blog post (in Dutch) to describe how we, as humans, are naturally fascinated by everything that is an outlier. Weird. Uncommon. This is ignited by our instinct, by our brain constantly trying to recognize patterns in the world around us. It has to do with survival instinct: everything that is deviant from the norm can be a threat, or maybe an indispensable gain. One way or the other: recognizing abnormalities can be important for our survival. And I thought it was rather funny to emphasize how something as primitive as our 'survival instincts' leads to us celebrating something so silly as the breeding a golf ball sized blueberry!

door Manon 17 apr., 2024
Ambassadress' message: "Biology is in my DNA - and in yours too"
door Manon 08 apr., 2024
KIJK magazine interview: why we eat chicken eggs and not house sparrow eggs
door Manon 28 mrt., 2024
Already 'Face of Science' for one year, at KNAW
Share by: